In 1936 speelde de destijds bekende Poolse violist Bronislaw Huberman in Carnegie Hall in New York. Hij had een dubbele vioolkist meegenomen met daarin een Stradivarius en een Guarneri. Het concert (Bach vioolconcert en vioolsonate van Franck) speelde hij op de Guarneri.
Tijdens het concert was er een jonge violist, Julian Altman, die als violist speelde in restaurant The Russian Bear, vlakbij Carnegie Hall. Hij gaf de portier een sigaar, vertelde een smoes en sneakte naar binnen. Daar stal hij de “Gibson Huberman Stradivarius” uit 1713. De diefstal werd nog tijdens het concert ontdekt en tussen het spelen van Bach en Franck aan Huberman verteld, maar hij maakte eerst het concert af. Held.
De diefstal werd niet opgelost. Huberman ontving $ 30.000 van verzekeringsmaatschappij Lloyds, in 1936 natuurlijk een fors kapitaal. Altman, niet te verwarren met de Altman die een wiskundige formule verzon om faillissementen te voorspellen, vertelde niemand over zijn diefstal. Hij was een rokkenjager en had losse handjes. De schoonheid van de viool wist hij te verbergen door de viool in te smeren met schoensmeer.
In de jaren ’60 ontmoette hij Marcelle Hall, met wie hij trouwde. Dat was een turbulente relatie: in 1985 belandde Altman in de gevangenis nadat hij zich had vergrepen aan de kleindochter van Hall. Nee, de persoon Altman roept weinig sympathie op.
Good riddens
Maar zijn straf was korter dan gedacht: Altman had maagkanker en werd opgenomen in het gevangenisziekenhuis. Daar instrueerde hij Hall om zijn viool, die bij zijn collega lag, op te halen en te kijken tussen de kist en de hoes van de kist. Daar vond Hall een krantenartikel over de diefstal van de viool. Na enig aandringen bekende Altman de diefstal en kort daarop stierf hij.
Iemand die op zijn sterfbed bekentenissen aflegt gun je vaak het herstel. Het overkwam Frits Kreisler die op zijn sterfbed toegaf dat hij de historische composities die hij in de bibliotheek had gevonden, zelf had geschreven. Daarop werd hij weer beter en leefde hij nog 27 jaar. Zo verging het niet Julian Altman. Hij stierf kort na zijn bekentenis. Good riddens.
Marcelle Hall had wel door dat zij een kostbare viool in handen had, die wellicht op de markt gemakkelijk herkend zou kunnen worden. Twee jaar na het overlijden van Altman gaf zij daarom de viool terug aan de verzekeraar. En die gaf haar, na enig onderhandelen, een vindersloon van zo’n 25% van de waarde van viool op dat moment die werd begroot op 1,2 miljoen dollar.
Maar toen meldde zich de dochter van Altman uit een eerdere relatie. Zij was de enige erfgename van de nalatenschap. Het vindersloon behoorde volgens haar tot de boedel en kwam haar dus toe. Marcelle Hall meende dat zij de viool had “gevonden”, de uitkering kwam daarom niet aan haar toe en niet aan (de erfgenamen van) de dief. Misdaad mag immers niet lonen.
Het Supreme Court of Connecticut oordeelde uiteindelijk dat de viool toebehoorde aan de nalatenschap en dat Marcelle Hall het vindersloon zou moeten doorbetalen aan de erfgename van Altman.
De zaak naar Nederlands recht
In Nederland verkrijgt ook de dief een gestolen goed na 20 jaar. Die regel gaat al terug tot de Romeinse tijd en vloeit voort uit de gedachte dat het recht werkbaar moet blijven door de feiten te volgen. Misdaad loont dus, maar pas na 20 jaar onbetwist bezit. Deze regel is niet onomstreden: Diefstal mag niet beloond worden.
In 2017 heeft de Hoge Raad echter een uitspraak gewezen over een perceel grond van de Gemeente Drunen dat door een bewoner gedurende langer dan 20 jaar in gebruik was genomen. De Hoge Raad erkent dat de bewoner eigenaar is geworden maar geeft aan dat de oorspronkelijk eigenaar in veel gevallen pas met het bekend worden van de verjaring (doordat de bezitter daar een beroep op doet) bekend wordt met het feit dat een onrechtmatige daad is gepleegd, zodat de verjaringstermijn voor een schadevergoeding pas dan begint te lopen.
Epiloog
Marcelle Hall was vrij laconiek over de procedure. 10% van het vindersloon ging naar een neef die de deal met Lloyds had uitonderhandeld, de rest zou zijn opgegaan aan belastingen en goede doelen. Hall woonde in een caravan en was failliet. Zij overleed in 2001.
De viool werd door Lloyds verkocht aan Norbert Brainin, de primarius van het Amadeus Quartet. In 2001 werd de viool verkocht aan Joshua Bell voor een slordige 4 miljoen dollar. Ja, de prijs van violen schiet omhoog. Hier een filmpje waarin hij over de viool vertelt:
Meer lezen?
https://nl.wikipedia.org/wiki/Fritz_Kreisler
http://www.nytimes.com/1996/11/06/nyregion/stolen-stradivarius-divides-a-family.html
https://nypost.com/2016/03/19/how-a-300-year-old-violin-saved-dozens-from-the-holocaust/
http://articles.latimes.com/1996-11-24/news/mn-2438_1_carnegie-hall
https://en.wikipedia.org/wiki/Gibson_Stradivarius
http://www.nytimes.com/1987/05/14/nyregion/a-stolen-stradivarius-a-51-year-old-secret.html
https://www.leagle.com/decision/1996792239conn5531757