De wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) duurt in de regel 3 jaar, maar het is mogelijk om daar eerder uit te komen als een akkoord wordt bereikt. Te vaak worden de kansen van een akkoord niet onderzocht.
Voorwaarden
De belangrijkste voorwaarde is dat een zodanig bedrag wordt aangeboden dat de schuldeisers beter af zijn met het akkoord dan met het voortduren van de WSNP. Dat betekent dat de schuldeisers in geval van een akkoord meer en eerder geld ontvangen.
Wat betekent het akkoord?
Het akkoord betekent dat, als het definitief is aangenomen, een (extra) bedrag ter beschikking wordt gesteld aan de schuldeisers, waarna de schuldeisers de restschuld kwijtschelden.
De gevolgen van een akkoord zijn dus gelijk aan die van de schone lei aan het einde van de WSNP. Ook schuldeisers die niet hebben ingestemd met het akkoord zijn aan het akkoord gebonden.
Wie bepaalt of een akkoord doorgaat?
Allereerst bepalen de schuldeisers bepalen of een akkoord wordt aangenomen. Dat is een kwestie van stemmen: ten minste de helft van de verschenen preferente schuldeisers moeten akkoord gaan en die helft moet ook ten minste de helft van de “stemmende schuldenlast” vertegenwoordigen. Hetzelfde geldt voor de concurrente schuldeisers. Eén grote schuldeiser kan dus een akkoord verhinderen, maar meer kleine schuldeisers kunnen een akkoord “doordrukken”.
Als het akkoord is aangenomen dan kijkt de rechtbank of het akkoord niet op oneerlijke wijze tot stand is gekomen. Als daar geen aanwijzingen voor zijn, dan zal de rechtbank het akkoord bekrachtigen (“homologeren”).
Financiering van het akkoord
Omdat de WSNP al alles van een schuldenaar vraagt, dient een akkoord te worden gefinancierd door een derde. Daarom is bijna altijd vereist dat een derde (familielid, vriend, zakelijke relatie) een lening verstrekt voor de financiering van het akkoord.
Hoeveel geld kost een akkoord?
Een akkoord kost zoveel als:
- al door de bewindvoerder gedurende de WSNP voor de schuldeisers is gerealiseerd (het saldo op de boedelrekening), te vermeerderen met
- het bedrag dat naar verwachting nog door de schuldenaar nog zal worden gerealiseerd tijdens de looptijd van de WSNP, en
- zoveel als de schuldenaar kan aanbieden: het bedrag onder 2. en 3. zal meestal moeten worden geleend van een derde.
Lenen van een derde tijdens de WSNP: mag dat?
Ja dat mag, als de lening wordt verstrekt onder de voorwaarde dat het akkoord definitief wordt aangenomen. In dat geval wordt de lening immers verstrekt na toepassing van de WSNP.
De bewindvoerder werkt niet mee
Uitgangspunt is dat de bewindvoerder zijn medewerking verleent aan een akkoord en daar ook de nodige ondersteuning in biedt aan de schuldenaar. Maar het kan zijn dat een bewindvoerder niet meewerkt. Te vaak gebeurt dat omdat het akkoord te complex is voor een bewindvoerder. In dat geval kan het verstandig zijn een advocaat in te schakelen.
De bewindvoerder bepaalt niet of een akkoord wordt aangenomen, maar verstrekt de schuldeisers en de rechter-commissaris wel informatie over het akkoord en waarom een akkoord niet zou moeten worden aangenomen. Het is daarom wel belangrijk om de medewerking van de bewindvoerder te verkrijgen.
Meer weten?
Een checklist voor een (dwang)akkoord van het bureau WSNP;
Meer juridisch-inhoudelijke informatie over het akkoord van lawyrup.nl;
Raimond Dufour heeft ruime ervaring met het aanbieden van een akkoord in de WSNP. Neem contact met hem op voor assistentie.